Hemelse muziek van vaderlandse bodem met Wagenaar, de Klerk en Oost
Terwijl het voor velen moeilijk is om aan te geven wat we vieren op het Pinksterfeest, op de 50e (pentekosta) dag van Pasen, is de 40e dag na Pasen, Hemelvaartsdag, veel concreter. Voor mensen die niet in de Christelijke traditie zijn opgevoed zal niet altijd duidelijk zijn wat er gevierd wordt met Kerst, Pasen of Pinksteren, maar de naam van deze dag maakt als een van de weinige Christelijke feesten meteen duidelijk wat er wordt herdacht. Toch is wat Hemelvaart nu betekent niet altijd even duidelijk, getuige de (ongetwijfeld Christelijke) wetenschapper die in de 17e eeuw berekende met welke startsnelheid Jezus van de aarde moet zijn vertrokken om het zwaartekrachtveld van de aarde te overwinnen op weg naar de hemel.
Het gaat echter op deze dag om het afscheid van Jezus van zijn leerlingen. Na de laatste bemoedigende woorden aan zijn vrienden werd Hij omhoog geheven en opgenomen door een wolk, zijn leerlingen in verwarring achterlatend.
Op zondag 25 mei zingt de Schola Davidica een hymne over de hemelvaart: ‘Hymnus de ascensione Domini’ van Johan Wagenaar. De kerkvader Ambrosius schreef de tekst van deze hymne, maar noemt wonderlijk de hemelvaart zelf niet. Hij beschrijft in dit loflied wat Jezus heeft betekend voor de mensen en dat Hij nu zit aan de rechterhand van de vader. Blijkbaar wilde hij zich niet wagen aan een beschrijving of duiding van de hemelvaart zelf.
Johan Wagenaar (1862-1941), Utrechter in hart en nieren en een van de illustere voorgangers van onze Jan Hage als organist van de Dom, schreef dit a capella koorwerk in 1935. Het is een mooi voorbeeld van de Nederlandse componeerstijl uit het begin van de vorige eeuw. Als componist was Wagenaar geen dromer of mysticus als zijn tijdgenoot Alphons Diepenbrock, maar een realist die met groot vakmanschap en een feilloze vormbeheersing componeerde. Zijn werken zijn schilderachtig en fel van kleur, gewoonlijk vitaal en spiritueel van karakter, ritmisch markant, maar blijven gewoonlijk in harmonisch opzicht traditioneel en bedoelen geen buitensporige effecten.
Tijdens de gebeden zingt het koor het ‘Pater noster’ van een andere Nederlandse componist en organist uit de vorige eeuw, Albert de Klerk (1917-1998).
De derde Nederlander van wie het koor een paar werken zingt, namelijk psalm 72 en het Kyrie, is de oprichter van de Schola Davidica, Gert Oost (1942-2009).
Verder klinken vooral Engelse stukken, zoals het ‘hoort’ in een Choral Evensong. Van Thomas Tallis ‘If ye love me’, de Preces van Thomas Ebdon en psalm 47 van Thomas Attwood. De ‘Canticles’ (de vaste onderdelen van de Evensong ‘Magnificat’ en ‘Nunc dimittis’) zijn deze maand van Simon Johnson die deze werken in 2009 schreef voor de trebles van St Albans Cathedral Choir. Hij baseerde de muziek op het Gregoriaans, toon V en Ave Maris Stella.
Kom ook en laat u opheffen naar hemelse sferen op zondag 25 mei om 17:00 uur in de Janskerk te Utrecht. Het is de moeite waard met deze werken van Nederlandse en Engelse componisten.
Het koor staat onder leiding van Lisette Bernt, het orgel wordt bespeeld door Jan Hage.
Toegang is gratis en bij de uitgang is een collecte. De deuren gaan open om 16.30 uur.
Van harte welkom!
Muziek tijdens deze evensong:
Koorgebed: If ye love me – Thomas Tallis
Intochtshymne: O Lord of every shining constellation – NEH 49
Preces: Thomas Ebdon
Psalm 47 – Thomas Attwood
Psalm 72 – Gert Oost
Canticles: Service on plainsong for trebles – Simon Johnson
Gebeden: Kyrie – Gert Oost
Onze Vader: Pater noster – Albert de Klerk
Anthem: Hymnus de ascensione Domini – Johan Wagenaar
Slothymne: The Lord ascendeth upon high – NEH 135